Sleutelen aan de prijs van een dienstencheque?

Het ACV schudt aan de boom. De fiscale aftrekbaarheid van de dienstencheques wordt openlijk in vraag gesteld. Minder belastingvoordeel voor gebruikers betekent een (kleine) winst voor de schatkist. En daar is het mijnheer Cortebeeck om te doen: zorg voor het goed beheer van de centen van de "sociale zekerheid". Nobel doel.
Ik kan volgen. Ik ben ook voor herziening van de fiscaliteit. Maar dan wel om een bijkomende reden. De prijs van een dienstencheque is nu voor iedereen gelijk, namelijk €7,50 per uur, en dat zou mogen veranderen. Voor heel veel mensen is dat nog altijd veel te duur, terwijl anderen glimlachen bij het betalen van die belachelijk lage prijs. Eerlijke prijs is anders.
Fiscaal beleid is sociaal beleid, ook als het om dienstencheques gaat. De fiscale aftrekbaarheid is dus een belangrijk sociaal instrument, de aangekondigde "sociale dienstencheque" is mogelijks een ander (tip: herlees mijn blogartikel van enkele maanden terug).
Met andere woorden: de prijs verschillend maken naargelang de koopkracht van de gebruiker, dàt moet het doel zijn. Fiscaal sturen of niet, dat maakt niet uit, zolang de prijs maar aangepast wordt aan de situatie.
We volgen het op de voet.